In de top 10 van energielekken in organisaties neemt ‘omgaan met mensen die klagen’ een hoge positie in. Reden genoeg om er een blog aan te wijden.
In iemand die klaagt komen volgens mij drie elementen samen:
- Hij heeft last van een probleem
- Hij legt de oplossing ervan buiten zichzelf
- Hij is verontwaardigd of ontevreden over het uitblijven van de oplossing
Met de eerste twee elementen hoeft niet mis te zijn, integendeel. Je moet er toch niet aan denken dat mensen de problemen die ze niet zelf kunnen oplossen niet meer met je delen. Want dan valt een belangrijke motor voor verandering weg. Natuurlijk is het belangrijk dat mensen in organisaties zoveel mogelijk zelf de regie nemen over hun eigen werk, maar er blijven genoeg situaties over waarin mensen een beroep op elkaar moeten kunnen doen om verandering mogelijk te maken.
Het is natuurlijk het derde element dat ons zo op de proef stelt. En tegelijkertijd is het juist dat element dat de klaagstrategie zo effectief maakt. Het slachtofferschap dat erin doorklinkt doet een appel op jou om de situatie te gaan redden. Maar als je daaraan toegeeft ben jij de grote verliezer. Jouw energie lekt weg omdat je weet dat je met je reddingsactie de afwijzende houding van de ander honoreert. En de klager heeft geleerd dat deze strategie bij jou voor herhaling vatbaar is.
Maar elke seconde dat we ons daarover opwinden zijn de drie elementen ook op onszelf van toepassing. Dan zijn we zelf aan het klagen, en dat kan nooit de oplossing zijn.
Je komt van klagers af door te stimuleren dat mensen problemen bij je aankaarten waarvan ze anderen nodig (denken te) hebben om ze op te lossen. Zodat je samen kunt onderzoeken in welke rolverdeling de oplossing het beste gevonden kan worden. Dan blijft de motor voor verandering draaien én je kunt eventuele signalen van slachtofferschap respectvol ombuigen. En je spaart je kostbare energie om de problemen die inderdaad op jouw bordje liggen daadkrachtig op te lossen.
Annemarie Mars, september 2016